Beheerst vissen met de vaste hengel in winderige omstandigheden

Het Noord Hollands kanaal staat bekend om zijn goede vangsten, ook met de vaste hengel. Het hele jaar door geeft dit kanaal de mogelijkheid op een prachtige visdag, maar natuurlijk kan het ook grillig zijn. Het vlakke land zo vlak bij zee zorgt er echter ook voor dat het er vaak en ook hard kan waaien. Vandaag is ook zo’n dag……..

Nadat ik de spullen heb opgebouwd en de dobbers heb uit gepeild, maak ik eerst even een driftje met dobber van een gram. Dit is de lichtste dobber die ik heb opgetuigd en deze drijft behoorlijk hard tegen de wind in. Er staat dus een stevige stroming. Gelukkig heb ik ook nog een 1.6 en een 2.5grams dobber klaargelegd. Het voer dat bestaat uit 50% Wonder Silver en 50% Wonder Mix bevochtig ik nog een beetje extra vanwege de stroming. Zes stevig aangedrukte bollen voer met een beetje aas erin cup ik op de stek, gevolgd door nog eens 3 bollen vol met casters, dode pinkies en geknipte pieren.

Een bewezen mix.

Alle drie de dobbers die ik heb opgetuigd bezitten hetzelfde bolvormige model en hebben een metalen onderantenne. Deze dobbers zijn voor mij de beste keuze in deze ruige omstandigheden, waar de wind en de stroming zo variëren. Om te zorgen voor stabiliteit tegen de bodem, gebruik ik een olivette als hoofdverzwaring om het aas te presenteren. Ik vergrendel deze tussen slechts enkele loodhagels, zodat gemakkelijk de positie kan worden aangepast als dat nodig is. Zorg er echter voor dat je onder de olivette voldoende extra loodhagels hebt om te kunnen variëren, idealiter 6 tot 8 stuks.

De eerste vis laat even op zich wachten, pas als ik besluit mijn dobber volledig te blokken boven op het voer, volgt de eerste aanbeet. Een mooie bliek is gevallen voor de 2 dode maden. Enkele vissen volgen, maar om de beet er goed in te houden is het belangrijk zeer regelmatig bij te voeren. Een balletje hard aangeknepen voer met wat aas erin, lokt elke keer 3 tot 5 aanbeten uit. Opvallend daarbij is dat de eerste vissen na het cuppen vaak de grootste zijn. Zodra een klein visje in de vorm van een voorntje of bliekje bijt, is het tijd om bij te cuppen!

  Er is niets mis met een kolblei, ze wegen vaak meerdanverwacht.

De harde wind maakt het niet gemakkelijk om de dobber goed te controleren. De strakheid van de 9000 ONE komt nu goed van pas. Ook wanneer er een vis aangeslagen is, beukt de wind soms flink op de hengel. Daarom het ik bewust voor Smooth in 1.0mm gekozen. Een redelijk lichte elastiek, maar juist daarom in deze omstandigheden met veel wind perfect. Wel staat deze strak in het eerste hengel deel gezet om goed de haak te kunnen zetten. In de topset van de zwaarste dobber zit 2 delen Smooth 1.4mm. Als verbinding tussen de elastiek en hoofdlijn, maak ik gebruik van de nieuwe Smooth dacron connectors….een klein, maar belangrijk product waar je als visser 100% op moet kunnen vertrouwen.

Het tempo zit er lekker in. Blieken, brasems en kolbei wisselen elkaar af. Toch is het zo dat de aanbeten niet vanzelf komen. Ondanks de ruige omstandigheden, aast de vis redelijk voorzichtig en blijkt een te zware dobber en teveel overdiepte niet goed te werken. Zodra de omstandigheden het toelaten wissel ik naar de lichtste dobber. Met slechts een sleepje van 15 cm over de grond komen de aanbeten het beste door. Een Gamakatu 1310B op 0.09mm Intenz in maatje 16 is de perfecte haak voor deze visserij. Met zijn rechte punt is er toch een grote kans van inhaking bij voorzichtig azende vissen. De in ronde bocht zijn zowel pinkies, casters, maden als mestwormpjes prima te presenteren.

Smooth dacron connectors

Op een kanaal komt het vaak voor dat de stroom tegen de wind in gaat. Aan de oppervlakte wordt het water wordt in een bepaalde richting geduwd, om vervolgens onderin terug te komen. Hoe harder het waait, des te sterker deze onderstroming. Echter op momenten met minder wind is dit effect vaak wel daar, maar veel minder merkbaar. Het loont de moeite om je dobber regelmatig aan de “verkeerde” kant van de voer eens volledig te blokken. Wanneer de wind je dobber naar rechts doet drijven, ben je geneigd ook die kant op te driften en vissen. Aan de bodem kan de stroming zwakker zijn, maar wel de andere kant op staan……

Inmiddels ben ik ruim 2 uur aan het vissen en het lijkt erop dat er nu enkel nog brasem op de stek zit. Kleine vis vang ik helemaal niet meer en regelmatig verraden bewegingen van de dobber dat er vissen tegen de lijn zwemmen. Wanneer ik na een aantal misbeten een grote brasem vals haak, weet ik dat het tijd is om te schakelen. Ik verruil de lichte dobber voor de 2.5grammer die klaar ligt. Deze is voorzien van een G102- nr 14, een haak waar groot aas op kan worden gezet. De 50cm lange onderlijn ligt volledig aan de bodem, met het verklikloodje er net boven. Al snel groeit het dobberlichaam boven het wateroppervlak uit, een originele opsteker verraad de grote brasem die het aas heeft gepakt. De relatief grote haak in combinatie met de 1.4mm Smooth elastiek bieden veel controle bij de dril en die vis zo geland.

een mooie middelgrote brasem

Het bijvoeren met de cup is nog steeds erg belangrijk. Haast bij elke vis is het nu zaak een balletje voer bij te cuppen. Eigenlijk hetzelfde voer patroon dat je er met feedervissen op na houdt…… Om lijnzwemmers te voorkomen knijp ik de balletjes voer vol met aas zo hard mogelijk aan.

Een periode volgt waarin elke inzet een brasem bijt, naast een trosje dode maden, blijkt een mestwormpje met een pinkie ook een goede optie. Vooral door hiertussen af te wisselen blijft het tempo er goed in.

De wind is nog altijd niet afgenomen en nu het einde van de sessie nadert, besef ik dat de polesupport mij erg heeft geholpen om de 9000 ONE op 13m meter toch goed onder controle te houden. Het voer en aas raken op en een file rond Amsterdam dreigt, het is tijd om snel te gaan inpakken.

Een steunpaal maakt zo'n verschil, vooral in winderige omstandigheden.

Gebruikte producten